Cursus Fries houtsnijwerk

120.00

Een basis cursus frieshoutsnijwerk In 2 dagen van 11 tot 16 uur ga je ruim 10 patronen leren snijden en kun je vrij werken op hout. Met een oefenbord en drie oefenplaatjes ga je stap voor stap leren om patronen te snijden. Door herhaling krijg je steeds beter grip op het snijden van de patronen. Er liggen ook grote stukken hout klaar mocht je andere werkstukken willen maken.

Extra informatie:

  • Leeftijd vanaf 12 jaar
  • Inclusief het gebruik van het koffie, thee. Lunch/diner neem je zelf mee
  • De cursus is geschikt voor beginners
  • Frieshoutsnijwerk is onderdeel van het woodcraft weekend.

Nadat je je hebt aangemeld wordt je gebeld of ontvangen je een WhatsApp en plannen we samen een datum. Je kunt hieronder aangeven wanneer je kunt.

Beschrijving

Fries houtsnijwerk

is het versieren van houten gebruiksvoorwerpen met de kerfsneetechniek. In eerste instantie werd het gebruikt om voorwerpen in het huis te versieren. Kenmerkend zijn de geometrische figuren zoals rozetten, sterren en de vlechtfiguren.

Vanwege de naam Fries kerfsnijwerk zou je denken dat dit ambacht uit Friesland komt. Niets is minder waar. De term Fries, waar deze vorm van volkskunst de naam aan te danken heeft, slaat niet alleen op Friesland. Het kwam voor in het hele noorden van Nederland en het gebied rondom de voormalige Zuiderzee.  De benaming Fries van het feit dat vroeger balken in de kerk werden uitgesneden. Deze balken noemde men Friezen, vandaar de naam. 

De houtsnijder tekent de patronen op het hout, soms met gebruik van carbonpapier. Een passer is noodzakelijk voor het maken van de rozetten en andere cirkelvormige figuren. Vaak wordt er lindehout gebruikt, dat is zacht en blank, zonder veel noesten. Maar ook rozenhout, eikenhout en tropische houtsoorten zijn geschikt. De snijders van Fries houtsnijwerk gebruiken een beiteltje en een klein scherp mesje. Met het beiteltje worden kerfjes van enkele millimeters in het hout gemaakt, met het mesje worden patronen uitgesneden. Vandaar de naam kerfsnede. Er zijn bekende geometrische basispatronen, waar eindeloos op gevarieerd kan worden. De techniek is niet heel lastig aan te leren en er is weinig ruimte voor nodig. Het kost wel veel tijd en oefening om de techniek echt goed onder de knie te krijgen. Voorwerpen die veel versierd worden zijn dienbladen, (sieraden)kistjes en onderzetters. Het vakwerk wordt eerst op papier getekend, dit wordt op het werk gelegd en dan snijdt men de figuren uit. “Maar dat werkt niet op ronde vormen zoals klompen.

Loading...