
Wolkaarderij – wassen
Voordat je wol kunt kaarden, moet het gesorteerd en vaak gewassen worden en misschien wil je het een kleur geven. Lees hieronder alles goed door wat je moet doen om op de juiste manier te wassen.
Wastips schapenwol
De schapenwol moet gewassen zijn om te kunnen kaarden, dit in verband met het vettige lanoline wat in de machine blijft plakken. En de kwaliteit van het gekaarde wol is minder. De lanoline moet voor 80% verwijderd zijn uit de wol. Hiervoor gelden de volgende wastips:
Vul een bak (emmer, pan of badkuip) met water van 30 tot 70 graden, meng dit met afwasmiddel en doe de wol er bij.
Laat het 10 minuten tot een uur staan en was de wol schoon. Herhaal het wassen en spoelen twee keer en laat de wol goed drogen.
LET OP: test de temperatuur op een grote lok wol en vergelijk na het wassen en drogen de krimp/lengte van de vezel, dikte en stugheid. Dit is per wolsoort anders en hangt af van jouw eigen was werkwijze.
Wastips alpaca
Alpaca vachten hoeft niet (mag wel) gewassen te zijn om te kaarden. Ze moeten wel door de wolpicker/woltrommel zijn geweest om het zand er zo veel mogelijk uit te hebben. Dit voorkomt slijtage en poetsen van onze kaardmachine.
De vacht van alpaca veulens, die voor de eerste keer geschoren zijn, is erg lastig te verwerken omdat de micron zeer laag is en daardoor snel kan breken in een vol geautomatiseerde kaardmachine.
Wastips angorageit
Haar van de angorageit één keer wassen op lauw water en één uur laten staan en daarna goed drogen.
Wol die te veel mot, lamoline, zand, korte stukjes of te kort is verwerken wij niet.